Laatst werd ik aangevallen op straat, zomaar. Ik was op weg naar huis. En had niet verwacht dat ze mij aan mijn haren zouden gaan trekken, me zouden gaan trappen en bespugen. Mijn haren zijn heel belangrijk voor mij: ik heb prachtig lang krullend haar, al zeg ik het zelf. Ook mijn jas vind ik prachtig: er zitten versierde mouwen aan, van mooie stof. Ik houd van mooie en bijzondere kleding. Daar voel ik me lekker in. Wat ik niet had zien aankomen, is dat andere mensen dat kennelijk reden vinden om me aan te vallen. Ik heb me verdedigd: met een mes, dat ik voor de zekerheid altijd bij me heb. Volgens de politie had ik me niet met dat mes mogen verdedigen, omdat die anderen ook geen mes gebruikten. Maar wat moet ik dan? Mezelf in elkaar laten slaan, omdat ik me wil kleden en gedragen zoals ik ben? Ik moest een paar dagen de cel in wegens wapengebruik. Wat er met die andere jongens is gebeurd, weet ik niet. Ik heb ervaren dat niet de daders, maar ik ben gestraft. De omgekeerde wereld eigenlijk.